Variabelen in Python

Een variabele kun je zien als een doos waarin je dingen kunt bewaren. Je plakt een sticker met een naam op de doos, zodat je precies weet wat erin zit en je later makkelijk de inhoud kunt terugvinden.

In Python werkt het net zo. Je maakt een variabele aan door een naam te geven en vervolgens een waarde toe te wijzen. Dit kan bijvoorbeeld je naam, leeftijd, of een ander gegeven zijn.

In Python code ziet dat er zo uit:

				
					voornaam = "Sonne"
achternaam = "Straal"
leeftijd = 12

				
			

Neem de code uit het voorbeeld over in de editor van ILDE (of een andere Python editor). Vervang “Jouw voornaam”en “Jouw achternaam” door jouw eigen naam, en verander de waarde van leeftijd in jouw eigen leeftijd.

Je hebt nu 3 variabelen gemaakt:

  • De eerste variabele heet voornaam en de waarde is jouw eigen voornaam.
  • De tweede variabele heet achternaam en de waarde is jouw eigen achternaam.
  • De derde variabele heet leeftijd en de waarde is jouw leeftijd (zonder aanhalingstekens, omdat het een getal is).

Zorg ervoor dat je je werk opslaat in de map Python opdrachten.

Printen naar de Shell

Met de opdracht print() kun je informatie naar het uitvoerscherm (de shell) sturen.
Dit noemen we de output.

Het commando print() zorgt ervoor dat Python weet dat er iets naar de shell gestuurd moet worden.
Wat er tussen de haakjes staat, is de informatie die je wilt laten zien.

Hier is een voorbeeld:
Als je dit uitvoert, laat de shell de waarde van de variabelen voornaam, achternaam en leeftijd zien.

				
					voornaam = "Sonne"
achternaam = "Straal"
leeftijd = 12
print(voornaam)
print(achternaam)
print(leeftijd)
				
			

Sonne
Straal
12

Input met een Prompt

Met een prompt kun je de gebruiker iets laten invoeren.
Wat de gebruiker typt, wordt opgeslagen in een variabele.
Zo kun je met de gebruiker communiceren.

Hier is een voorbeeld waarin we de stemming van de gebruiker vragen:

Wanneer de gebruiker een antwoord invoert en op Enter drukt, wordt het antwoord opgeslagen in de variabele stemming en met de opdracht print() weer naar de shell gestuurd.

				
					voornaam = "Sonne"
achternaam = "Straal"
leeftijd = 12
print(voornaam)
print(achternaam)
print(leeftijd)
stemming = input("Ben je blij?") 
print(stemming)
				
			

Sonne
Straal
12
Ben je blij?
Yah mann
Yah mann

Opdracht: Dierenopvang Organiseren

 Je werkt in een dierenopvang en moet informatie opslaan over de dieren die daar verblijven.
Gebruik Python en variabelen om de gegevens van de dieren netjes bij te houden.

  1. Maak drie variabelen aan voor elk dier in de opvang:

    Bijvoorbeeld:

    • dier1: Luna
    • soort1: Hond
    • leeftijd1: 7
  2. Doe dit ook voor dier2 en dier3
  3. Voeg een prompt toe zodat de gebruiker een nieuw dier kan invoeren dat net binnenkomt in de opvang.
    • Vraag de naam, het soort dier en de leeftijd.
    • Bewaar deze informatie in nieuwe variabelen:
  4. Print een bericht dat de komst van het nieuwe dier bevestigt.
  5. Gebruik de print()-opdracht om een overzicht te maken van de dieren in de opvang.
    De tekst die in de schell geprint wordt kan gebruikt worden voor een email naar mensen die op zoek zijn naar een huisdier.
    Gebruik de volgende basistekst.
    Op de plaatsen van de kruisjes plaats je de variabelen dier, soort en leeftijd.
    • In de opvang hebben we xxxx, een xxxx van xxxx jaar oud.
    • Ook hebben we xxxx, een xxxx van xxxx jaar oud.
    • Daarnaast hebben we xxxx, een xxxx van xxxx jaar oud.
    • En tot slot is er xxxx, een xxxx van xxxx jaar oud.